De competitieopzet bleef onveranderd, de deelnemers en hun aantal niet. Om de Coupe der Lage Landen speelden Rotterdam, Tilburg 2, Geleen, Den Haag, Herentals, Deurne, Luik en Brussel. Laatstgenoemde wist als eerste te eindigen, gevolgd door Rotterdam op twee punten en Geleen op een mooie derde plaats daar weer twee punten achter. De veertien wedstrijden leverden naast 9x winst, 4x verlies en 1 gelijkspel ook de hoop op de landstitel op. Met de ervaring uit de CLL zag men in die strijd voornamelijk in Rotterdam de grote concurrent. In de eerste wedstrijd liet Smoke Eaters er in de Rotterdamse Weena-hal geen gras over groeien: 2-9. Toen de dag erna Tilburg op niet mis te verstane wijze aan de zegekar werd gebonden (16-3) was het duidelijk: het kampioenschap zat eraan te komen. Geleen liep uiteindelijk tegen 1 nederlaag op: uitgerekend tegen Rotterdam en uitgerekend in een thuisduel (5-6). Dat was trouwens in de voorlaatste wedstrijd van het seizoen toen de Limburgers al niet meer ingehaald konden worden en een aantal spelers met Jong Oranje onderweg was. Henri Frenken had op 18 februari 1979 het honderdste competitiedoelpunt voor Smoke Eaters gescoord, terwijl Henny Wilms zijn afscheid had aangekondigd bij het eerste team. In oktober 1978 waren bestuur, spelers en trainer nog stellig overtuigd geweest van het feit dat er bij een eventueel kampioenschap NIET gepromoveerd zou moeten worden. Hoe anders zag dat er uit in februari 1979, toen het kampioenschap daadwerkelijk werd binnengehaald en overal euforische vreugde heerste. En penningmeester Harrie Keulen had het uitgerekend: promotie naar de Eerste Divisie zou moeten kunnen, gebaseerd op een onkostenpost van 80.000 gulden (€36.000)…